Opfok van de jongen (eerste jaar van de pup.
Het eerste jaar van de pup is heel belangrijk.
In de eerste maand is de pup net geboren, en dus slaapt, eet en drinkt de pup veel. In deze periode is het ook belangrijk dat de pup kennis maakt met de geur van mensen. In een eerste 2 weken kan de pup nog bijna niks, en na die twee weken kan de pup zien en horen. In de derde week is het belangrijk dat de pup gaat socialiseren en kennis maakt met dingen die later veel voorkomen. In de eerste maand moet de pup ook ontwormd worden en dit moet na de tweede week en na de vierde week.
In de tweede maand word de pup heel nieuwsgierig en wil alles gaan ontdekken. In deze periode moet je hem verder kennis laten maken met dingen die later vaak gaan voorkomen. Dus bijvoorbeeld met verschillende mensen, andere dieren, huishoudelijke dingen en vreemde geluiden. In de zesde week moet de pup zijn eerste enting krijgen en word hij weer ontwormd. Tussen de 6 en 9 weken krijgt de pup een chip.
In de derde maand gaat de pup meestal naar een ander baasje. Je gaat verder met het socaliseren en maakt duidelijke afspraken met je gezin over wat wel en niet toegestaan is. Ook moet in deze periode de pup zindelijk worden en moet hij leren alleen thuis te blijven. Bij 9 weken moet de pup opnieuw ingeënt en ontwormd worden. Ook kun je de pup leren om mee te gaan wandelen dit kan het beste door vaker op een dag een kwartier per dag te gaan wandelen.
In de vierde maand kan de pup angstgedrag gaan vertonen op dingen waar hij al ooit kennis mee heeft gemaakt, als dit zo is mag u de pup niet troosten of helpen. U moet dan juist de pup vaker in contact laten komen met de dingen waarvoor hij bang is zodat hij weet dat hij er toch niet bang voor hoeft te zijn. Ook kan de pup zijn tanden gaan wisselen, dit kunt u merken doordat zijn eetlust verminderd. En met de 12 weken moet de pup weer opnieuw ingeënt worden. In deze periode kan de pup al dingen doen op commando als u hier moeite voor doet zoals zitten en liggen. Bij de 16 weken krijgt de pup weer een enting en dat is de laatste voor dit jaar.
In de vijfde maand kan het zijn dat de pup nog steeds bezig is met het wisselen van zijn tanden. Daarom moet u zorgen dat de pup kluiven heeft. Ook mogen de wandelingen iets langer, deze mogen nu van een kwartier tot een half uur. Het is belanrgijk dat de pup nu nog steeds 3 keer per dag eten krijgt.
In de zesde maand gaat de pup u testen, hij gaat kijken tot hoever hij kan gaan. In deze periode leert de pup zijn eigen kracht kennen en is hij al goed gegroeid. Ook moet de pup weer opnieuw ontwormd worden en kan de voeding teruggebracht worden naar 2 keer per dag.
In de zevende maand begint de pup aan de pubertijd. Hij doet dan net of hij alles wat hij geleerd heeft is vergeten, hij trekt bijvoorbeeld weer aan de lijn of gaat je vragend aankijken als je iets van hem vraagt. U moet daarom soms wat streng zijn om te zorgen dat de pup weer goed gaat luisteren. Wel is het belangrijk dat je wel rustig blijft. In deze maand kunnen de pups (als je een teef hebt) loops worden. De pup is nu vruchtbaar. Als je reuen hebt gaan ze in deze maand voor het eerst hun poot op tillen en vaker plassen.
In de achtste maand gaan de pups verder met puberen. Je moet zorgen dat ze blijven luisteren naar je.
In de negende maand begint de pup een jonge hond te worden. Je weet nu hoe zijn karakter in elkaar zit en kunt dus al zijn gedrag een beetje voorspellen.
In de tiende maand is de pubertijd zo goed als voorbij, wel moet de pup blijven luisteren naar u.
In de elfde maand kunnen de hormonen bij de hond op gaan treden. Zijn gedrag kan veranderen en zijn karakter word minder voorspelbaar. Hij kan dingen weer eng gaan vinden, en als dit zo is dan is het belangrijk dat u deze angst negeert.
In de twaalfde maand kent u de hond helemaal en de hond kent u nu ook helemaal.
Maak jouw eigen website met JouwWeb